Chinese marine steekt opnieuw helpende hand toe

De Chinese media kunnen er geen genoeg van krijgen. Terwijl Jemen in brand staat voert de marine van het Volksbevrijdingsleger de ene na de andere reddingsmissie uit. Dinsdag werden vanaf de Socotra-eilanden door het bevoorradingsschip Weishanhu nog eens tien personen opgepikt en naar Oman gebracht. Het gaat om zeven medici, twee toeristen en een persoon met de Japanse nationaliteit.

Daarmee heeft de Chinese marine in een week tijd 629 landgenoten en 279 buitenlanders uit Jemen weggehaald. Maandag ging het fregat Linyi naar de havenstad al-Hodayda om daar de 38 achtergebleven medewerkers van de Chinese ambassade te evacueren. Van de gelegenheid werd gebruik gemaakt om ook nog eens 45 burgers uit Sri Lanka mee te nemen.

Wereldzeeën

China is maar wat trots dat zijn marine zo'n belangrijke rol speelt bij de evacuatie van bijna duizend personen die vast zaten in het oplaaiende geweld in Jemen. China heeft momenteel drie marineschepen in de buurt, de fregatten Linyi en Weifang, en het bevoorradingsschip Weishanhu. De schepen zijn in de Golf van Aden vanwege de internationale anti-piraterijmissie.

In staatsmedia klinkt de roep om de marine verder te versterken, zodat het overal ter wereld inzetbaar is om Chinese burgers te ontzetten en humanitaire hulp aan buitenlanders te verlenen. China's leiders kunnen daarmee laten zien dat hun land een wereldmacht in wording is. En de admiraals zullen hun niet tegenspreken.