Blogaaps tourtop-10 China (reprise)
Vorig jaar stelde ik mijn persoonlijke top-10 samen met de mooiste plekken om in China vakantie te vieren. Nu voeg ik er drie pleisterplaatsen aan toe; twee op het Chinese vasteland en een in Taiwan.
Waar moet ik naartoe als ik China bezoek? Naar aanleiding van die veelgestelde vraag publiceerde ik vorige zomer een ranglijst van tien favoriete plekken van Lijiang tot Hong Kong.
Inmiddels ben ik opnieuw in China geweest en heb ook mijn eerste bezoek aan Taiwan gebracht. Op basis daarvan voeg ik drie aanbevelingen toe: Harbin, Taichung en Chengde.
Harbin
Mijn reis door Dongbei, Noordoost-China, bracht mij dit voorjaar in Harbin. De stad is vooral bekend vanwege het jaarlijkse ijssculpturenfestival. Maar ook in het zonnetje valt er voldoende te beleven. Wat direct opvalt zijn de Russische invloeden in de architectuur en natuurlijk de bekende Russisch-orthodoxe Sofiakathedraal (foto boven). Uit de vele Russische reclameborden blijkt dat nog steeds veel Russen de stad aandoen. Anders merk je het wel doordat sommige Chinezen jou met een paar woorden Russisch proberen aan te spreken.
Langs de oevers van de Songhua flaneren 's avonds en in het weekeinde duizenden inwoners of ze nemen de kabelbaan over de rivier om aan de andere kant in het park te wandelen, te fietsen of een ijsje te eten.
Liefhebbers van moderne architectuur brengen op die andere oever een bezoekje aan het spectaculaire operagebouw (foto 2). En wie ook in de zomer verlangt naar wintersport kan tegenwoordig terecht in Harbin Wanda City, met de grootste indoor skibaan ter wereld.
Wie met de trein van of naar Harbin reist moet onderweg zeker uitstappen in Changchun, voor een bezoek aan het paleis van China's laatste, tragische keizer Puyi.
Taichung
Twee weken geleden bracht ik een bezoek aan Taiwan; om meerdere redenen een interessante bestemming voor wie in de geschiedenis van China is geïnteresseerd en de gecompliceerde verhoudingen tussen de Volksrepubliek en Taiwan die daaruit zijn voortgekomen. Een vol programma in Taipei bood gelukkig ook de mogelijkheid voor een uitstapje naar Taichung. Niet dat ik erg onder de indruk was van deze industriestad, maar wel imposant was het Riyuetan, het Zon en Maan-meer. Het dankt zijn naam aan een fantasierijke marketeer, die in de vorm van het vulkaanmeer een zon en een maan meende te herkennen.
Maar wat een heerlijke plek om te wandelen, fietsen of een stukje te varen natuurlijk. Met onvergetelijke uitzichten (foto 3). Merkwaardig genoeg mag je in het meer niet zwemmen.
Wie hier naartoe gaat vliegt op de Taiwanese hoofdstad en zal ongetwijfeld een bezoekje brengen aan de Taipei 101, de opvallende wolkenkrabber die de skyline domineert, de Shilin nachtmarkt en de Wanhua Lungshan-tempel. Misschien ga je op zoek naar Nederlandse sporen bij Fort Zeelandia. Maar ruim in ieder geval tijd in voor het National Palace Museum. Hier zijn tienduizenden objecten te zien die in 1945 door de nationalisten van het Chinese vasteland naar Taiwan zijn verplaatst. Het is daarmee een van de belangrijkste musea van Chinese kunstvoorwerpen ter wereld.
Chengde
Net zoals het Zon en Maan-meer een prima plek is om de drukte en warmte van Taipei te ontvluchten, is Chengde dat voor Beijing. Een heerlijke groene, smogvrije plek in de bergen tweehonderd kilometer boven de Chinese hoofdstad.
Er zijn in principe drie plekken die je 'moet' zien en ze liggen allemaal op loopafstand van elkaar. Je kunt zeker een dag doorbrengen in de ommuurde voormalige zomerresidentie van de Qing-keizers. Een prachtig, waterrijk park met vele paviljoens, tempels en pagodes (foto 4).
Buiten de muur staan acht tempels die ieder een gebouw uit een deel van China voorstellen. De bekendste is de Putuo Zongcheng-tempel, een kopie van het Potala Paleis in Lhasa.
Een andere populaire trekpleister is de Sloophamer-piek. Een door erosie spectaculair afgesleten rotsblok, waarin ikzelf als kind van de Facebookgeneratie eerder een opgestoken duim herken. Je kunt het kabelbaantje omhoog nemen en dan tussen de bomen omlaag wandelen.
